Adolph Menzel, “De balkonkamer”, 1845 |
Een beetje onvrede,
Met mezelf, denk ik,
Diep van binnen
Krijg ik weer eens niet weg.
Een heel klein mannetje
Ergens van binnen, denk ik
Vraagt me steeds om rechtvaardiging
Zonder datti iets zegt.
Zonder dat ik het weet
Toch iets fout gedaan, denk ik
Voel ik me schuldig
En praat ik alles weer recht.
Werk ik hard in de wereld
Goeie dingen doen, denk ik
Maar het geef geen voldoening, altijd
Soms valt het wat slecht.
Zonder dat ik het snap
Diep in mezelf denk is
Zonder dat het mannetje
Ook maar iets heeft gezegd.