Christian Købke, “Uitzicht vanaf Dosseringen”, 1838 |
Soms voel ik vaag wat woede,
Soms borrelt er gegrom,
Soms moet ik eigenlijk boos zijn,
Al weet ik niet waarom.
Soms voel ik mij zo vredig,
Soms maal ik er niet om,
Soms moet ik ergens blij om zijn,
Maar weet ik niet waarom.
Soms voel ik zonder reden,
Soms weet ik niet waarom,
Soms resoneert een zenuwbaan,
En alles denkt zich krom.
Rondom die ene stomme vraag,
Waarom dan toch, waarom?