Ik probeer wel vaker te duiden waar mijn fascinatie voor Stalins grote zuivering vandaan komt. Keer op keer kan ik weer een boek over hetzelfde lezen en keer op keer wordt ik er weer door getroffen. Het roept essentiële levensvragen op, denk ik. Hie zou je zelf hebben gehandeld, vanuit alle denkbare perspectieven. De voortdurende angst, in multiple kwadraat, maar toch. De listigheid en de coping-mechanismen. Ik roep maar wat.
Niemand weet hoeveel mensen er tijdens de zuiveringen zijn omgekomen, maar de laagste schattingen beginnen bij een miljoen. In 1936-1937 executeerde de NKVD gemiddeld ruim over de 1000 mensen per dag, meestal met een nekschot van anderen. Op de website van herdenkingsorganisatie Memorial staan talloze foto’s van de slachtoffers tijdens de laatste dagen van hun leven. Ik licht er een paar uit, anonieme individuen, met slechts een paar gegevens vermeld. De onschuld straalt er af. Geëxecuteerd, zonder vermelding van reden. Vergeten, en toch weer niet helemaal. Dat is de mooie kant van internet. Te midden van die ontelbare afbeeldingen worden ze weer zichtbaar. Ontrokken uit dood gewaande archieven. Ik heb ze in elk geval gevonden. Het is net of ik ze herken. Ik kan er mijn eigen verhalen van maken, net zoals ik lees in de boeken over die tijd. Tijd van fluisteraars.
Aleksandra Ivanovna Tsjoebar, Armeense, 1903, hoger opgeleid,werkte op volkscommisariaat voor lichte industrie, Moskou, gearresteerd 4 juli 1938, Veroordeeld en geëxecuteerd 28 augustus 1938 |
Aleksei Zjeltikov, 1890. Slotenmaker bij werkplaats metro Moskou, Geëxecuteerd 1 november 1937. |
Gavrill Sergejevitsj Bogdanov, 1888, Uit het dorp Aminevo, Oblast Moskou, arbeider, gearresteerd 8 augustus 1938, Veroordeeld 19 augustus en geëxecuteerd 20 augustus 1938. Gerehabiliteerd 1989. |