Paul Himmel, “New York 1950”, MET Museum New York. |
Het sneeuwt. De sneeuw vervaagt. Ik zie een kleine jongen die achter een raam naar buiten kijkt.
Wie is het? Wat is er gebeurd?
Het detail maakt alles anders. Ik was in Auschwitz en zag de kleine kinderschoentjes voor de grote schoenenberg, de koffer met Karel van Gelderen erop geschreven. Soms sta je stil bij een foto uit de oneindige reeks in de gangen.
Het detail maakt alles anders.
Ik denk aan mijn oude baas die op drieënzeventig jarige leeftijd aan corona is overleden. Iedereen kennen en dan alleen moeten sterven. Ik zie hem liggen. Ik zie het jongetje achter het raam.
Het grote beeld vervaagt. Het detail is wat beklijft. Episodisch. Altijd weer.