Signac, “Le Port de Rotterdam”, 1907 |
Je koestert je hoog
In het wit van de wolken,
Drijvende luchten
Hou jij in bedwang.
Maar mij blijft beschoren
Een rusteloos leven,
Van het een in het ander,
In niemands belang.
Een eindeloos wachten,
De wolken die drijven,
De valse beloften
Maken me bang.
Verwacht en vergeten,
Zo lang als ik leefde,
Weten hoe sterk ik
Naar nergens verlang.