Vallotton, “Vrouw met zwarte hoed”, 1908 |
De tranen in de ogen,
Het beven van de bruid,
De woorden als bedrogen,
Het fluisteren hoort luid.
De groeven in de grove huid,
Het scheermes licht gebogen,
De bruidegom schreeuwt dronken uit,
Dat alles is gelogen.