Labels

dinsdag 1 januari 2019

Ter Borch in de ambivalentie van zijn “Galante conversatie”


Gerard ter Borch II, “Galante conversatie”, 70 x 60 cm, 1654,
Rijksmuseum Amsterdam

De fijnschilder Gerard ter Borch (1617-1681) staat bekend om zijn fabelachtige weergave van stoffen, maar intrigeert mij toch vooral door de narratieve aspecten in zijn werken. In psychologisch suggestieve taferelen roept hij op tot interpretatie en duiding van weergegeven gebeurtenis en de interactie die daarbij plaatsvindt. Bewust appelleert hij aan een bepaald nieuwsgierigheid naar de gedachten of gemoedstoestand van de afgebeelde personages en hun onderlinge psychologische relatie. Daarbij geeft hij nauwelijks aanwijzingen, ook niet in de titels. Ieder mag er in diens gedachten een eigen verhaal bij construeren.

De titels bij Ter Borchs genrewerken zijn nagenoeg zonder uitzondering niet door de schilder zelf gegeven, maar later toegevoegd. Musea kunnen het nog steeds niet laten. Bovenstaand schilderij hangt sinds 1809, het allerbegin, in het Rijksmuseum Amsterdam. Bijna twee eeuwen werd er de titel “Vaderlijke vermaning” op geplakt, naar een aanduiding van Goethe, passend bij de gereformeerde tijdsgeest. Interpretaties van Gudlaugsson, Guépin en Kelch wezen eind vorige eeuw echter uit dat dit geen juiste duiding was. Veronderstelling is namelijk dat de man rechts in de oorspronkelijke versie een muntstuk ophief. Mogelijk is het later zelfs overgeschilderd. Genoemde onderzoekers concluderen daaruit dat het hier waarschijnlijk om een bordeelscène gaat, ook al door de prominente aanwezigheid van het bed op het schilderij. De man is dus de klant, het meisje een prostituee en de wat oudere vrouw een koppelaarster. Andere onderzoekers, zoals Kettering en Wintermans betwisten dit overigens weer en wijzen op andere interpretatie mogelijkheden, zoals een petrarkische verlovingsscène. Wintermans meent zelfs dat het onderwerp er wel eens helemaal niet toe zou doen.

Hoe dan ook, de titel “Vaderlijke maning” is hoe dan ook onjuist. De man rechts, een officier, is sowieso te jong. Wat doet echter het Rijksmuseum? Ze geven toch weer een nieuwe titel aan het schilderij en noemen het nu “Galante conversatie, bekend als ‘de vaderlijke vermaning’”. In de omschrijving zeggen ze: “Interieur met een staande vrouw die wordt toegesproken door een zittende officier. Naast hem een zittende vrouw die uit een glas drinkt. Rechts een hond. Op de tafel een kandelaar met kaars en een open geklapte spiegel”. Welke gereformeerde broeder heeft dit zo verzonnen. Dit helpt de kijker helemaal niks, prikkelt op geen enkele wijze. Dan loopt de bezoeker weer door zaal 2.25, denkt bij het zien van het schilderij misschien nog “knap geschilderd, die jurk”, maar verder niets. Terwijl Ter Borch toch een schilder is die bij juiste presentatie een breed publiek moet kunnen interesseren. Wijs op zijn minst op de verschillende interpretaties. Daar zou een mooie documentaire over te maken zijn. Door de eeuwen heen, tot de dag van vandaag. De ambivalentie in het stuk intrigeert. En misschien is dat nu wel precies wat Ter Borch heeft bedoeld.


Tweede versie, Gemäldegalerie Berlin.
Goethe kende dit werk. De hond is weggelaten.Een hond kan
symbool zijn voor zowel wellust als huwelijkse rouw.Wellicht
heeft Ter Borch ook gewoon gevonden dat het niets toevoegde.


  
De brief”, 1660-1665, Koninklijke collectie, Londen


Het concert”, 1673-1675, Gemäldegalerie Berlin