Labels

vrijdag 4 januari 2019

Rudolf Koppitz, “Bewegingsstudie nr. 1”


Rudolf Koppitz, “Bewegingsstudie nr. 1”, 38 x 38,5 cm, 1925

Wenen was rond 1900 tegelijkertijd het centrum van de oude burgerlijke waarden als van artistieke vernieuwing, via jugendstil, art deco en sezessionskunst. De fotograaf Rudolf Koppitz 884-1936) borduurde daar na de Eerste Wereldoorlog op voort. Zijn “Bewegingsstudie nr. 1” is een foto van de Weense Staatsopera. Het weerspiegelt de friesachtige beelden van Gustav Klimt, die mij altijd enorm hebben geboeid. Het koppelt dingen aan elkaar die ik moeilijk kan benoemen. Elegantie en decadentie, klare lijnen met soepele buigingen, helder licht tegen donkere gestalten, modernisme en klassieke schoonheid. Precies weet ik het niet, maar ik voel de ambivalentie.

Het model op de voorgrond is de Russische danseres Tatjana Gsovsky, die werd opgeleid in de Moskouse studio van Isadora Duncan, de Amerikaanse danseres die een relatie had met de dichter Sergej Jesenin. Vlak voor zijn zelfdoding schreef Jesenin een afscheidsgedicht in zijn eigen bloed:

Vaarwel mijn vriend, gedag
Mijn liefste, je bent in mijn hart
Dit voorbestemd verlaten
Beloofd een weerzien later.
Vaarwel mijn vriend, zonder hand, zonder woorden,
Heb geen verdriet, wil je zorgen niet tonen,
Sterven is binnen dit leven niets nieuws
Al is leven natuurlijk nauwelijks nog nieuwer.

Hoe mooi zijn de foto’s van Koppitz.


“Bewegingsstudie nr. 2”