Toulouse-Lautrec, “In het circus Fernando: paardrijdster” |
Als kabouter Prak goed en wel is begraven gaat hij snel naar huis. Hij eet een sneetje eikeltjesbrood en buigt zijn vorkje krom.
"Ik mag wel opschieten", zegt hij tegen Mina: "anders wordt ik misschien straks weer geboren".
"Pas maar op dat je niet in een valkuiltje trapt", zegt Mina.
Mina reikt hem gedienstig een nieuw vorkje aan en kabouter Prak geeft de lepel terug. Eikeltjesbrood kun je niet lepelen. Eikeltjesbrood met bosbessen. Lekker!
Kabouter Prak buigt zijn vorkje weer krom.
"Ik mag wel opschieten", zegt hij tegen Mina: "anders wordt ik straks weer geboren".
"Pas maar op dat je niet in een valkuiltje trapt", zegt Mina, en ze reikt hem gedienstig een lepeltje aan.