We waren bijna twintig en hadden nog niet alles door, denk ik nu. Maar we wisten alles. Lazen boeken van Kropotkin, Bakoenin en zo meer. Alles moest radicaal anders, en we bespraken grootse plannen als we over de hei liepen. Sommige van ons zonder werk. Altijd liepen we over de hei, soms in de zon, soms in de regen, ons kon het niet deren. We bespraken hoe we de macht zouden grijpen en wat er moest gebeuren. Maar er gebeurde niks, eigenlijk nooit. Onze plannen raakten vergeten, werden niet gehoord, eigenlijk nooit. Andere plannen kregen voorrang, overal, ook bij ons. Wij moesten tenslotte ook vooruit. We trouwden en kregen werk, de meesten van ons althans. Sommigen naar eigen tevredenheid, anderen minder. Bij eentje ging het mis. Latjes heeft zich opgehangen en daar denk ik best nog vaak aan. Maar de tijd kan niet meer terug. Alles gaat door, niks is veranderd. Alles is veranderd. Maar net wanneer je het vraagt.