Labels

vrijdag 25 oktober 2019

De Duitse kalmte van een gotische dom


August Ahlborn, “Gotischer Dom am Wasser”, 1823, Nationalgalerie Berlin

In 1813, toen Pruisen streed tegen Napoleon, schilderde Karl Friedrich Schinkel een werk van monumentale grandeur: gotische dom aan het water. Het is een imaginair bouwwerk in een imaginaire omgeving, maar op een bepaalde wijze toch typisch Duits, exemplarisch voor de tijd van de romantiek. Goethe zag het schilderij en noemde - hoewel twijfelachtig - de gotiek van het bouwwerk typisch Duits. Schinkel was van huis uit architect, had een grootse ambitie om een nationale kathedraal te bouwen, maar bij gebrek - toen nog - aan opdrachten leefde hij zijn fantasieën tevens uit op het schildersdoek. Gotiek was voor hem een equivalent van kalmte en discipline. Zijn zee is kalm. Zijn stad doet denken aan aan Belotto, die vrijwel uitsluitend schilderde voor koningen, ademt trots uit. De zon gaat langzaam onder. De dag loopt ten einde.

De geschiedenis van het schilderij is redelijk dramatisch. Schinkel voltooide zijn schilderij en maakte kort daarna nog een kopie. De eerste - originele - versie ging verloren bij de grote brand in de Pinakothek te München op 6 juni 1931, waarbij drieduizend schilderijen verbrandden, waaronder negen van Friedrich. De kopieversie, die zich in de Neue Reichskanzlei bevond, werd in 1945 vernietigd tijdens de bombardementen in Berlijn. Beide werken weg, zonder een foto van enige kwaliteit. Gelukkig bestonden er nog twee negentiende eeuwse kopieën naar het origineel, die zo goed waren dat wel gedacht werd dat het twee andere versies van Schinkel betrof.  Een kopie van Ahlborn uit 1823 bevindt zich in de Nationalgalerie in Berlijn, een kopie van Bierman in de Neue Pinakothek, die daarmee een klein beetje gecompenseerd wordt door de ramp uit ‘31.

Mooi verhaal, toch? En fascinerende schilderijen. Als een historische roman toen ik tien was.


Karl Eduard Biermann, “Gotischer Dom am Wasser”, ca. 1830, Neue Pinakothek, München