Labels

zondag 7 januari 2018

Meneer de burgemister


Breitner, “Theo Bouwmeester-Mann als Francillon”, 1887


     Ik heb ooit gemeenteraadsverkiezingen verslagen, lang geleden. Verbazingwekkend. “Meneer de burgemister, wij van fractie Keutelhoek vinden...”. Iedereen mag wat vinden, iedereen mag wat roepen. Democratie noemen we dat. Elke stem van enderwelke halve debiel is net zo veel waard als de mijne. Wat moet ik ermee?

     Binnenkort zijn er weer gemeenteraadsverkiezingen. Waarom schaffen we het niet gewoon af? Maak van die gemeenteorganisaties professionele bedrijven, met een ervaren bestuurder en een paar competente managers, en stop met dat amateurisme en dat vierjaarlijkse circus. Waarom willen we dat eigenlijk? Inspraak? Honderd jaar geleden, toen je de dorpsgrens zelden overschreed, wilde je misschien nog wel wat te zeggen hebben over wat er in je directe omgeving gebeurde. Maar wat moet je er vandaag de dag mee, als je ziet waar het over gaat?

     Ineens gaat het ook over zorg. Als het ziekenhuis in mijn woonplaats een specialisme afstoot heb ik daar als burger niets over te zeggen. Als het gaat over de jeugdzorg moet dat ineens wel via democratische wegen. En een gemeentelijk apparaat dat van toeten nog blazen weet. Een oude vriend van me zit ergens in de gemeenteraad. Zou best wethouder willen worden, zei hij me laatst. Iedereen kan het!

    Waarom stoppen we er niet mee? Een anachronisme, maar kom er maar eens vanaf!