Zorn, “In Wikströms atelier”, 1889 |
ZACHTE SCHREEUW
Zacht wendt mijn woord zich tot jouw zwijgzaam lichaam
Zacht daalt de herfst door de kamer
Zacht vliedt de tijd van mijn toekomst, stilstaan
Hard klinkt de klap van de hamer
Stil boort de wind in het vliedende water
Stil valt het blad naar benee
Stil blijft het plantje wachten op later
Kaboem doen de stormen op zee
Dood zijn de graven, vroeg in het seizoen
Dood zijn de meesjes als sneeuw
Dood zijn de helden van later die pijn doen
Ik luister:
Ik schreeuw
SCHREEUW
schreeuw (stil)