Judith Leyster, “Zelfportret”, ca. 1630 |
Ben ik het
die nooit is gebleven?
Ben ik het
die nooit is gegaan?
Ben ik het
die loopt door de regen?
Ben ik het
die toch weer blijft staan?
Ben ik het
die niet wou verstijven?
Ben ik het
in voortdurende waan?
Ben ik het
die soms wilde schrijven?
Ben ik het
die het toch heeft gedaan?
Ik ben het
in levende lijve!
Ik ben het
van alles ontdaan!
Hoe kom ik
langs al deze schijven
In godsnaam
van hier weer vandaan?