Richard Avedon, "Andy Warhol en leden van The Factory", 1969 |
In de jaren zestig startte Andy Warhol (1928-1987) in hartje New York een studio, The Factory genaamd. Hij streefde er naar kunst als massaproductie. Warhol was de chief, zijn medewerkers noemde hij kunstarbeiders. Ze hielden zich bezig met het maken van zeefdrukken, films, boeken en tijdschriften, en er was zelfs een heuse productielijn van schilderijen in gehuisvest. The Factory groeide uit tot een ontmoetingsplaats voor een ratjetoe aan extravagante artiesten, homo's, travestieten, junks en fotomodellen, zolang ze maar enige artistieke pretentie hadden. De impact van The Factory op de toenmalige kunstwereld was enorm, een coupe, met Warhol aan het roer, die de oude sociale orde deed wijken voor een nieuwe generatie. Een gevoel van "iedereen aan de kant, vanaf nu nemen wij het over".
Het gevoel van The Factory werd door fotograaf Richard Avedon (1923-2004) in 1969 op treffende wijze vastgelegd in een drietal fotoportretten van chief Warhol en zijn kunstarbeiders. Avedon scheidde Warhol en zijn gevolg af van hun Factory-habitat en richtte de aandacht volledig op de individuen. Iedereen is zich volledig bewust dat hij of zij gefotografeerd wordt, maar in de ogen van Avedon maakt die wetenschap en wat eenieder daarmee doet deel uit van het resultaat. Spontaniteit bestaat niet. Sommige personen komen meermaals terug. Het resultaat van de drie foto's, die levensgroot werden geëxposeerd, doet denken aan een klassieke fries, zonder ontwikkeling. Je voelt de artistieke energie. Iedereen kan kunstenaar worden. "In de toekomst kan iedereen 15 minuten lang wereldberoemd zijn", zei Warhol ooit. Hoe actueel zijn die woorden in de huidige tijd.