Paula Rego, “Target”, 160 x 120 cm, 1995 |
Als een boek het niet waard is herlezen te worden, had het net zo goed nooit gelezen hoeven worden, überhaupt. Steeds vaker zoek ik mijn heil in herlezen, misschien wel door de leeftijd. Je realiseert je dat je tijd beperkt is. En wat heet herlezen, trouwens. Hoe vaak je een boek ook herleest, nooit onderga je het op eenzelfde wijze. Altijd lees je weer wat anders.
Ik herlees enkele verhalen van Angela Carter, een van de meest bijzondere schrijfsters uit de moderne literatuur, met een intrigerende, subversieve fantasie. Toen ik een twintiger was las ik ze met verbazing vanwege het groteske en de voortdurende verbazing die voorkwam uit de continue stroom van onnavolgbare wendingen. Nu heb ik het idee dat ik de trieste ondertoon wat beter herken, hoewel ik die vroeger ook al herkend moet hebben.
Ik herlees een aantal verhalen uit “The Bloody Chamber and Other Stories”. Op een ander moment valt mijn oog op Paula Rego’s schilderij “Target”, uit 1995. En plotseling zie ik de overeenkomsten. Het gevoel van voyeurisme. Getuige zijn van iets heel intiems, dat nooit met de buitenwereld wordt gedeeld. En de vrijwillige slavernij van de vrouw (meestal de vrouw), gevangen in het huwelijk, als ultiem symbool van bezit. Het mysterieuze, weten dat zich iets onheilspellends voltrekt, iets wat niet hoort, maar het niet kunnen duiden. Alsof zich een catastrofe aandient, of zojuist heeft voltrokken. Vaak heeft het te maken met seks, en begeerte, resulterend in een trauma Of verloochening van identiteit. Dan heb ik het over Carter, dan spreek ik over Rego, en over de essentie van ons bestaan. Een essentie die de buitenwereld niet mag kennen.