Dylan door Jerry Schatzberg, 1965 |
Ik flikkerde op de flanken
van benevelde bergen,
Ik sloop en ik kroop
langs een slingerende snelweg,
Ik betrad de binnenste plekken
van diep bedroefde bossen,
Ik stond verloren tegenover
een stille oceaan,
K’marcheerde mijlen en mijlen
tot in de de greppels der graven,
En het is een bijster harde regenbui,
die voorzeker vallen zal.