George Clausen, “Novemberochtend”, 1922 |
Ik ben groot in mijn denken,
Dylan, Mulisch, Cruijff,
Maar morgen moet ik werken,
Appel, broodje, druif,
Alles in de grote tas,
Haartjes in een kuif,
Kijk ik naar mijn liefje om,
Fietsend naar haar wuif,
Zit ik weer de ganse dag,
Voelt in elk geschuif,
De tijd die mij nog overblijft,
Maakt dromen nog een flinke kluif.