Jean-Léon Gérôme, “Duel na het gemaskerd bal”, 39,3 x 56,1 cm, 1857-1859, Musée Condé, Chantilly |
Een bizar tafereel in het Bois de Boulogne, bij het krieken van de dag. Het is winter, de bomen zijn kaal, de grond is bedekt met sneeuwbij, de eerste zonnestralen breken moeizaam door de nevel. Er heeft zojuist een duel plaats gehad, klaarblijkelijk na een geschil op een gemaskerd bal.
Links zakt een als Pierrot verklede man dodelijk gewond in elkaar, in de armen van een man in de armen van een man die verkleed is als de hertog van Guise. Met zijn degen lijkt hij zich nog te willen ondersteunen, alsof hij niet wil opgeven. Een als doge verklede dokter probeert vergeefs het bloed te stelpen. Rechts druipt de als indiaan verklede winnaar van het duel af met zijn secondant. Het moordwapen laat hij achter in de sneeuw, samen met enkele veren van zijn tooi. Op de achtergrond wacht een rijtuig om hem terug te brengen.
Jean-Léon Gérôme schildert op hoog realistische wijze een onwerkelijk tafereel. De verklede mannen doen in eerste instantie te doen vermoeden dat het om een in scène gezet tafereel gaat. Alles komt uitermate theatraal en dramatisch over, maar de ware dramatiek wordt pas duidelijk als blijkt dat het om een -letterlijk- dodelijke ernstige zaak gaat. De gepassioneerde hartstocht die aan het tafereel vooraf moet zijn gegaan druipt er vanaf, zowel bij het slachtoffer als bij de man die het duel heeft gewonnen. We weten alleen niet wat er is gebeurd. Iemands eer moet zijn geschonden. Meestal heeft van van doen met de liefde. We kunnen er onze eigen roman bij maken. Gérôme, die meerdere versies maakte van het werk, heeft nooit uitsluitsel gegeven over de vraag of hij ergens specifiek aan refereerde.
Duelleren mag niet meer. Het belang van elk individueel leven weegt zwaar in onze samenleving. Maar toch had het wel wat. Ik ben een romanticus. Gekanaliseerde hartstocht. Iedereen kan zich situaties indenken tijdens welke je in staat bent tot doden. Ja toch? Ik zit hier wat over te denken. Wat als ik het alleen voor het zeggen kreeg? Of wanneer de emotie zo hoog opflakkert en de omstandigheden het toelaten. Doe maar! Ten tijde van oorlog bijvoorbeeld. Maar de omstandigheden laten het niet toe. En het is geen oorlog. En allemaal blijven we netjes, zoals het hoort. Ook ik. Civilisatie, in de woorden van Elias.