Labels

zondag 29 november 2020

De chique dames van Isaac Israëls

 
Isaac Israëls, “Portret van Jacqueline Sandberg”,
ca. 1898, 93 x 53 cm, Teylers Museum

Het ideaal van de schilder, zo noemde Isaac Israëls het: een schilderij verkopen aan een vrouw met wie je daarna de liefde bedrijft. Toen kon je dat nog openlijk zeggen. Je wordt niet voor niks kunstschilder.

Van Israëls wordt wel gezegd dat hij minder vaardig was in het schilderen van vrouwen die hij niet zo aardig vond. Die afbeeldingen ga ik niet tonen. De portretten op deze pagina tonen een feilloze perfectie, voortgekomen uit de onmiskenbare liefde tussen de schilder en zijn model.

Dames van stand, met een wat sjofele kunstenaar. Tja! Soms wil je gewoon wat anders!

Hierboven een portret van jonkvrouwe Jacqueline Sandberg (1876-1976), die bijna honderd jaar zou worden. Ze had ambities in het toneel en engageerde zich in 1897 met regisseur-acteur Willem Royaards, met wie ze in 1903 in het huwelijk trad. Ergens in de tussenliggende periode is bovenstaand portret ontstaan. Stof voor een mooi boekje.

“Portret van Dorothea Dina Estella Hijmans”, 1898, 60 x 80 cm, Kröller-Muller Museum

Interessant is dat Israëls in dezelfde periode een vergelijkbaar portret aan de kust schilderde van Dora Calisch-Hijmans (1864-1899), die getrouwd was met de flamboyante Amsterdamse advocaat Nicolaas Arnold Calisch en dochter van dichteres Estelle Hijmans-Herzveld. Kort na voltooiing van het schilderij overleed zij, 33 jaar oud. Ik weet niet wat gebeurd is. Ook daar zit een mooie roman in.

En anders wel over de elegante ‘socialite’ Sophie de Vries-Dalberg (1879-1931), die het van opdrachtgeefster schopte tot de belangrijkste minnares en muze van de kunstenaar. Haar man Samuel, met wie ze drie kinderen had, was een succesvol Rotterdamse zakenman. In 1911 scheidde ze van hem voor Isaac, maar bleef zich De Vries noemen. Israëls vereeuwigde haar veelvuldig op doek en papier en deze portretten behoren tot de hoogtepunten uit zijn oeuvre.

“Portret van Sophie de Vries-Dalberg, ca. 1910,
34 x 24 cm, kort voor haar scheiding, privé bezit
“Mijn blozende Sophie”, 60,1 x 45,3 cm,
ca. 1918,  particulier bezit























 
Er zijn er nog meer, maar laat ik hier voorlopig maar even stoppen. Ik kan geen twaalf romans gaan schrijven. Waarschijnlijk schrijf ik helemaal niks. Ik wek alleen maar suggestie, ten faveure van de prachtige portretten van Israëls, die daarmee een nieuwe dimensie krijgen. In elk geval voor mij. Geen slecht woord over de dames, trouwens.