Bob Dylan door Barry Feinstein, 1966 |
Ik trek vluchtig voort verder
voor de regenbui valt,
Ik draal driftig door donker
in het diepzwarte bos,
Waar het volk met zo veel is
maar geen vinger iets vult,
Waar vergif uit vuile vaten
door het vloedwater vliedt,
Waar een thuis in het groen
het gevang al voelt geuren,
Waar de blik van de beul
steeds verborgen zal blijven,
Waar begeerte blokkeert
en de ziel wordt verzaakt,
Waar sabel voor kleur staat
en de nul stelt een standaard,
En ik zeg het, vertel het,
ik adem het, denk het,
En het weerkaatst van de bergen
zodat eenieder begrijpt,
Zal ik staan op de zeeën
tot ik langzaam zal zinken,
Zal ik kennen mijn lied
en dan zing ik het luid.
Het is een harde harde regen
die op ons neer zal dalen.