|
René Magritte, “Olympia”, 1948 |
Op de derde editie van de Mechelse tentoonstelling Het Kunstuur is voor het eerst in tien jaar René Magritte’s “Olympia” te zien, een portret van zijn vrouw Georgette (1901-1986) uit 1948 met op haar buik een zeeschelp, symbool van de vruchtbaarheid, paradoxaal verwijzend naar de onvervulde kinderwens van het echtpaar. Tot 2009, lang het echtpaar al lang was overleden, zou het schilderij prijken in de woonkamer van hun huis te Jette, na de dood van Georgette het Museum René Magritte. In 2009 werd het daar gestolen, drie jaar later plotseling terugbezorgd, mogelijk na betaling van losgeld, maar klaarblijkelijk niemand die dat weet of wil zeggen. De huidige eigenaar hield het werk bijna tien jaar lang in kluis.
Het portret ontroert, fascineert, om de niet vervulde kinderwens, om het nog altijd voelbare verdriet, maar vooral ook om de liefde. En al die jaren hing dit schilderij daar in hun woonkamer, de kamer met twee stoelen, en zonder dat het publiekelijk werd getoond. Als een intieme herinnering. Stilte. Een onvervulde kinderwens is als als rouw na het sterven. Een vroeg overleden kind, zonder graf, vervangen door een schilderij. Coetzee analyseert in Elisabeth Costello de vraag of mensen die kinderloos zijn gebleven iets essentieels hebben gemist in het leven. Als ik naar “Olympia” kijk voel ik dat Magritte die essentie heeft gevoeld, geraakt. En voor altijd bewaard. Beter kan ik het niet zeggen.
|
In de hoop van het leven… |
|
Het interieur, twee stoelen, het schilderij |