Labels

zondag 22 september 2019

Proust naar Nederland


Camille Pissarro, “Boulevard de Montmartre. Soleil après-midi”, 1897

Marcel Proust was een bewonderaar van de Nederlandse schilderkunst in de Gouden Eeuw, waarmee hij bekend was vanuit het Louvre. Hoewel hij weinig reisde bezocht hij twee maal ons land, omwille van de grote meesters. In oktober 1898 reisde hij naar Amsterdam voor de grote Rembrandt-tentoonstelling ter gelegenheid van de kroning van Wilhelmina. In oktober 1902 bezocht hij Brugge voor de tentoonstelling van Vlaamse Primitieven. Hij reisde vervolgens via Antwerpen door naar Dordrecht, Delft en uiteindelijk Amsterdam, waar hij verbleef in Hotel de l’Europe. Met de trekschuit maakte hij nog een tochtje naar Volendam. Ik zie het al voor me! Tussendoor ging hij ook nog naar Den Haag speciaal om Vermeers  “Gezicht op Delft”, en naar Haarlem om de Frans Hals collectie te zien.

Proust was van mening dat een schilderij aan betekenis wint als je het ziet in de omgeving waarin het is gemaakt. Hij bekeek Nederland door de bril van de schilders van de Gouden Eeuw. Hij keek, vergeleek, voelde. In het Louvre bezoek ik doorgaans als eerste de impressionistenafdeling. Ik bekijk Parijs nog altijd door de bril Renoir, Monet, Degas, Cézanne, Pissarro. Ik kijk, vergelijk, ik voel. In mijn hart ben ik een schilder.