Labels

dinsdag 20 mei 2025

Natassja

 
Natassja Kinski, 1979


Natassja is voor mij een beetje van de eeuwigheid. Een van mijn vroegste erotische herinneringen. Van ver voor het internet. Ik zal er niet over uitweiden. Erotiek bezoedelt, bijna per definitie. Maar Natassja is me lief gebleven. Ze past voor mij in een rijtje met Françoise Hardy, Jane Birkin, prinses Caroline. Namen die horen bij mijn adolescentie. Ze maken deel uit van mijn dromen, die onvervulbaar bleken, wat achteraf misschien ook wel goed was.

En de rest wat hier stond heb ik verwijderd. Voor vandaag is een foto voldoende.


zaterdag 17 mei 2025

Meisje voor de spiegel

 
Pablo Picasso, “Meisje voor een spiegel”, maart 1932

Er staat een meisje voor de spiegel. De wereld is mooi maar ze is niet blij. Haar spiegelbeeld is somber, grauw, accentueert al haar onvolkomenheden. Het meisje is onzeker over zichzelf, ziet alleen het negatieve. Ze ziet haar eigen schoonheid niet, de kleuren van de wereld. De kleuren van de harlekijn, die Picasso is, die haar omringt. En dat maakt somber.

Of is het een vanitas: de angst voor het ouder worden. De ijdelheid van het heden. Maar ook dat stemt somber.

Dag en nacht, las ik ook ergens. Ze reikt naar haar spiegelbeeld om haar verschillende ikken te verenigen. Tevergeefs.

Picasso portretteert in “Vrouw bij de spiegel” Marie-Thérèse Walter, zijn toenmalige, enigszins labiele maîtresse. Zijn zelf-ontwikkelde stijl van het kubisme staat hem toe haar van alle kanten te bekijken. Hij speelt ook met texturen, die grover zijn in het spiegelbeeld, met donkere lijnen die de somberheid onderstrepen. De lichte kleuren van het meisje, Walter dus, trekken de meeste aandacht, het spiegelbeeld lijkt zich te verbergen. En binnen dit alles vormt het werk toch een afgewogen geheel, een totaalcompositie, zoals al onze gezichten er in laatste instantie toch weer één zijn.

donderdag 15 mei 2025

Verbonden verward

 
François Barraud, “Naakt voor de spiegel “, 1932

De pijn 
                  bij de ander,
Verbonden
            in smart,

     Van harte
verstard,

     Van harte
verstard,

Als teken 
              van liefde,
            de rust in mezelf,
De rust in mezelf
  Behoorlijk 
           verward,

  Behoorlijk
          verward.


dinsdag 13 mei 2025

Vier jongetjes

 
Eva Besnyö, “Amsterdam, Leidsegracht”, 1951, vanuit de woning van de kunstenares

Nog maar een foto van Eva, genomen vanuit haar woning aan de Leidsegracht.

Vier jongetjes geboren rond het einde van de oorlog, tijdens de hongerwinter misschien. Vier jongetjes die goed nog kunnen leven. Rond de tachtig zouden ze moeten zijn. Vier levens die een nieuwe tijd ingaan. Maar die zich daar onder het vissen niet mee bezig houden. Vier vissende jongetjes, zich amper bewust hoe gelukkig ze eigenlijk zijn, daar aan het water. Dat bewustzijn komt altijd pas later.als het al komt.  Op hun oude dag misschien. Als het allemaal verloren is. Zo moeizaam te herstellen.

Wer zie ik de openingsscène van een film. Geen leven is zonder verhaal.

maandag 12 mei 2025

Contemplatie

 
Eva Besnyö, “Vrouw en kat”, Amsterdam, Lange Leidschedwarsstraat, 1934

Evan Besnyö (1910-2003) was een Van oorsprong Hongaarse fotografe met Joodse roots. In 1930 verhuisde ze naar Berlijn om zich verder te ontwikkelen in haar vak, maar vanwege en het anti-Joodse sentiment daar week ze in 1932 uit naar Amsterdam. Ze was tijdens de oorlog betrokken bij het verzet, in de jaren zestig-zeventig ook bij de vrouwenbeweging. Dat beeld en haar verbinding van de meer zakelijke stroming van de ‘Nieuwe fotografie’ overschaduwt soms haar vroege contemplatieve werk, wat voor mij tot het beste behoord dat er in Nederland is gemaakt.

Bovenstaande foto typeert die contemplatieve benadering misschien wel het best. Een jonge vrouw ligt uitgestrekt voor een zich van vloer tot plafond uitstrekkend raam op de eerste of tweede verdieping van een gebouw in Amsterdam. Dromerig kijkt ze weg naar de hemel en lijkt haar gedachten de vrije loop te laten, terwijl een jong katje rechts van haar hoofd heel erg gefocust wordt door iets wat beneden gebeurt. Misschien is het wel dit contrast wat me zo intrigeert.

Waar droomt ze van, deze mooie vrouw, wat gaat ze doen als ze dadelijk weer opstaat? Hoe loopt het later met haar af in een wereld vol spanningen?

Het zou de openingsscène kunnen zijn van een film, waarvoor het scenario nog geschreven moet worden. Of misschien al geschreven is. De geschiedenis blijft zich herhalen.

De schoonheid van het leven evenzeer.

zaterdag 10 mei 2025

Stoere tijd

 
Michel Platini, Johnny Rep, Dominique Rocheteau, ca. 1979


Toen ik 16 werd kreeg ik een brommer. Mijn vrienden reden ook brommer. De school was 12 kilometer verderop dus een brommer was heel fijn. Een brommer was ook stoer. We wilden stoer zijn in die tijd. Lijken in elk geval. En een brommer hielp daarbij.

Johnny Rep was een stoere voetballer. Op hem wilde ik wel lijken in die tijd. Mijn latere vrouw vond Johnny altijd de leukste voetballer, dus dat klopt ook wel. De foto brengt me terug naar mijn stoere tijd. Hoewel ik later merkte dat ik dat niet was. Ik doe nu geen moeite meer.






woensdag 7 mei 2025

Mannelijkheid

 


Voor Hamsun was de mens niet meer dan een reeks voortdurend veranderende stemmingen, vaak zonder een spoor van samenhang", schrijft Singer in zijn essay "Knut Hamsun: kunstenaar van het scepticisme".  Dat spoort met de veranderende modi in de schematherapie. We doen van alles, voortdurend, ook vanalles wat tegen ons werkt. We weten vaak nauwelijks waarom.

Weer heb ik Hamsun’s “Mysteriën” herlezen, in het Duits, zoals het hoort. Ik snap de woorden van Singer: het gaat niet om de handeling, om de uiterlijkheden van wat zich afspeelt, want die ken ik intussen wel, het gaat om de mysterieuze motieven en stemmingen die eraan te grondslag liggen, waarin ik mezelf herken. Om een of andere reden zoek je altijd naar de bevestiging daarvan. Bij Hamsun vind ik die nog steeds.

Ik heb een mapje met artikelen over Hamsun op mijn computer. Eentje ervan beschrijft het gedrag van de protagonisten uit zijn vroege boeken als performatief: ze spelen verschillende vormen van mannelijkheid, de meeste - zo lees ik - “outdated”, om het maar even onvertaald te maken. Nu is natuurlijk alle gedrag performatief, zelfs als je het niet wil, maar de bron, waar het vandaan komt, kan nooit “outdated” zijn natuurlijk. Dat wat onder de ijsberg zit, de stemmingen en motieven, rivaliteit, moed, agressie, dominantie, onderwerping, trots, mededogen, oerdriften die er al zitten sinds de savannen. Ook al worden ze in ons gedrag niet altijd meer herkend. Ook bij mij niet.

Maar toch zoek ik ze nog steeds. Omdat het de poëzie is van mijn ziel. Het zal daarom zijn dat ik nog altijd herlees. Omdat dat ik anders ben dan hoe ik lijk.

Zoals iedereen trouwens.

maandag 5 mei 2025

Tomaten voor chocola

 
Andrii Kateryniuk, Oekraïne, 2025

Bevrijdingsdag. Anekdote.

Mijn moeder woonde pal op de gens bij de bevrijding. Engelse of Canadese soldaten reden in een soort van parade ons land in en ze snelde met haar oudere zusje naar de straat. Hun vader had tomaten geplukt en die mochten ze aan de soldaten geven, om er dan chocola voor terug te krijgen.

“Ik weet nog dat ik heel boos was op ons Koos omdat die geen tomaten gaf aan soldaten op een motor. Dan trok ze snel haar hand terug. Soldaten op een motor gaven geen chocola. Dat deden alleen die te voet gingen of achterin een Jeep zaten”.

Kleine dingen maken soms meer indruk dan de terugkeer naar de vrede, waar ze als meisje van 8-9 waarschijnlijk niet zoveel gemerkt heeft. Het leven ging door. Nog een jaar of tien en er is niemand meer die zich nog iets herinnert. Maar Bevrijdingsdag mag blijven.

zondag 4 mei 2025

Hoop bij herdenking

 
Finnigans Wake (Agogo en Magogho en het hele zoopzoodje agroggo)

Shnit? Als een paal boven theewater! Macool, Macool, ai ai, waarom bestu sneven? op een moeie mondorstdagmorguen? Snikken verzuchteten zij bij Kannekeeks' kerstofverse wake, alle hoolivans der natie, geprosterneerd in hun consternatie en hun duodecibale overvloedige overmaat aan lamentatie. Er was frambowling en fuiven en fluiten en flippen en romijnen en appelchinezen ook. En ‘tal maakte het reuze gezwellig met de luiderste sjovialiteit. Agogo en magogho en het hele zoopzoodje agroggo. Op de kontinuatie van die illuminatie tot Hanenhunnigans extirpatie! Sommigen in klinkling kooras, meer, op klanklang klaaglijk. Knappen hem op en leggen hem af. Hij's teut maar hij's stabiel dat istie Priamas Olim!

(James Joyce, vertaling Henckes en Bindervoet)

Het is de dag van dodenherdenking. En steeds meer discussie.

Arnon Grünberg is op televisie. Hij spreekt over Herzberg, die ik hoog heb. Klik maar even door.

We zouden moeten streven naar een liberale samenleving waarin mensen met verschillende achtergronden en overtuigingen zouden moeten kunnen samenleven, wordt min of meer gezegd. Er ontstaat een geëmotioneerde discussie over ons handelingsperspectief.

Grunberg zegt uiteindelijk hoopvol te zijn. Maar ik houd er een heel ongemakkelijk gevoel aan over.

Mensen zijn groepsdieren, met territoriumdrift. Elementen van buitenaf worden geweerd, zeker als het er teveel worden. Lang waren de Joden zelf die vreemde elementen in de samenleving, nu hebben ze een eigen staat, maar vervolgens reageren ze daar op dezelfde wijze, vanuit hetzelfde sentiment dat zich vroeger tegen hen keerde. Uiteindelijk blijken ze net zo menselijk als degenen die hen vroeger vervolgden. 

En het lost zich nooit op.

Ik keer weer terug naar Herzberg, die zocht in de menselijkheid, kleine tekens, die overal zijn te vinden. Ook dat is hoop. Maar net ietsje anders.

vrijdag 2 mei 2025

Niets doen

 
Henri Le Sidaner, “De kleine tafel”, 1900-1910

Het was weer buitengewoon mooi weer en ik was vroeg thuis vandaag. Einde van een volle werkweek, mooi moment om even niets te doen. Ik zet me op mijn terras met een alcoholvrij biertje. Al is het maar voor het beeld, dat het goed is zo. Even zit ik zo, maar als vanzelf loop ik weer naar binnen, pak mijn iPad erbij en open weer een blog. Het heeft iets dwangmatigs, dat weet ik ook wel. Een drang om te creëren, voortkomend een behoefte aan controle, je niet neer willen leggen bij het verstrijken van de tijd. Lang nietsdoen is aan mij niet besteed, behalve als ik slaap. Nietsdoen kan ik alleen beleven als ik erover schrijf. Of wanneer ik Nescio lees, al veertig jaar dezelfde stukjes. Ik pak Titaantjes er nog maar eens bij omdat ik het zelf nog steeds niet beter kan uitdrukken. Niets doen op een mooie dag in mei:

En aan de rivieren mijner gedachten zit ik stilletjes en genoeglijk en rook een steenen pijpje en voel de zon op mijn lijf schijnen en zie 't water stroomen, voortdurend stroomen naar 't onbekende. En 't onbekende deert mij niet. En ik knik maar eens tegen de schoone vrouwen, die de bloemen plukken in mijn tuinen en hoor den wind ruischen door de hooge dennen, door de wouden der zekerheid, dat dit alles bestaat, omdat ik 't zoo verkies te denken. En ik ben dankbaar dat mij dit gegeven is. En in ootmoed pijp ik nog eens aan en voel mij God, de oneindigheid zelf. Doelloos zit ik, Gods doel is de doelloosheid. Maar voor geen mensch is het weggelegd dit bij voortduring te beseffen.

Ook God vervalt in herhalingen, schrijft Nescio. Daar is niks aan te doen. Het is goed zo.

donderdag 1 mei 2025

Vervlogen idealen

 
Gustave Caillebotte, “Dahlia’s”, 1893

Dag van de arbeid. Druk met Belgen en Duitsers. Dat is er van over.

Zo rond mijn twintigste dacht ik een beetje anarchist te zijn. Vrijdenker. In mijn hoofd natuurlijk, niet in daden. Sterker nog, bijna niemand wist het. Ik hield het wijselijk voor mezelf. Wie bij God in mijn omgeving zou het willen begrijpen.

Nog steeds heb ik een behoorlijke verzameling anarchistische literatuur. Veel biografieën ook. In stilte schreef ik een paar artikelen voor De Vrije Gedachte, waar Jan Vis hoofdredacteur was en Anton Constandse aan meewerkte. Later schreef ik een aantal artikelen op Wikipedia. 

Dat voor wat betreft mijn bijdrage aan de nieuwe wereld, die er natuurlijk niet gekomen is. Een nieuwe wereld wordt zelden een betere. Dat hebben we inmiddels geleerd. Mijn idealen zijn vervlogen, maar toch had ik vandaag een hele mooie dag. De hele week in zonnig weer. Beetje werken, beetje lezen in mijn zacht-groene tuin. Het is goed zo. Laat het alsjeblief blijven zoals het is.


dinsdag 29 april 2025

Magiërs

 


Het komt er niet op aan wat je gelooft, maar met hoeveel kracht en overtuiging je gelooft. Dat zegt Nagel in Mysterien. Voor psychologen is het een belangrijk principe. Geloven. Durven voelen.

Vandaag sprak een cliënt en die geloofde in magische krachten, in hekserij zowaar. Met een vriendin had hij twee door een draad verbonden poppetjes bij een vuur gehouden, de draad brandde door en de band met zijn moeder werd verbroken. Het luchtte hem op.

Ik vergeleek het met de stoelentechniek, uit de schematherapie. Zie Google. Moeder denkbeeldig in een stoel zetten, de mond snoeren en de stoel vervolgens buiten zetten, op de gang. Ook dat luchtte hem ook op, toen we dat deden.

In de pauze vertelde ik een collega over mijn vergelijking van de stoelentechniek met de rituele verbranding. Symbolisch een band verbreken. Eigenlijk zijn wij ook een beetje magiërs, zei ik, terloops ook nog even aan een geslaagde emdr woede-wrok-wraak refererend. Ze moest lachen. Pim toch, zei ze. Psychologie is een serieuze aangelegenheid. Als je maar gelooft, gaf ik haar terug. Met kracht en overtuiging.



maandag 28 april 2025

Toeval zoals het zijn moet

 
Ramon Casas, “Gereed voor het bad”, ca. 1895


Toeval zoals het zijn moet. Alles moet zijn zoals het toeval het wil. 

Het een leidt tot het ander.

Twee schilderijen van de Spaanse schilder Ramon Casas (1866-1932), geschilderd in dezelfde periode. De eenvoud accentueert de schoonheid. Twijfel welke in bovenaan zet. De naaktheid van de tweede misschien is niet nodig, maar ook niet storend. Ze valt samen met de rest. Soms valt alles samen. Soms is niets veranderd. Soms moet je niet verder zoeken maar gewoon even stil zijn. Alles laten zoals het is. Zoals het altijd zal zijn, of nooit meer zal worden. 


Ramon Casas, “Gereedmaken voor het bad”, ca. 1895


Tweede kwartier

 


De mooie ogen van het Tweede Kwartier,

Ogen die mij zagen, die ik zocht,

Op de trappen naar de hemel,

Op de omslag van mijn boek,

Ogen nu op afstand,

                             Zoals alles eens op afstand komt,

                   Alles komt op afstand,

Ogen van vergeten emoties, 

 vervangen
                                       door nieuwe,

              Zoals alles eens vervangen wordt,

                        Zoals alles wordt vervangen,

            Zoals alles eens vergeten wordt,

                    Zoals alles wordt vergeten.


vrijdag 25 april 2025

Niet bewegen

 
Georg Achen, “Bij het raam”, ca. 1900


 Ik hoor 
                                 de slag van je hart,
  De slag 
                                          van onze harten 
                       kan ik horen,

 Zit stil,
Niet bewegen,


Want ik hoor de slag van je hart,


De slag 
                      van onze harten 
                         kan ik horen.


dinsdag 22 april 2025

Trein

 
Théodore Zichy, ca. 1948

Is nog
                uit elkaar te houden,

  Het troosten 
                  en de diepe pijn,
 De oorzaak 
                                 van het ooit aanschouwde,
Verdwijnen 
                   en aanwezig zijn,

De ruimte 
                              van wat toen benauwde,

               Tussen je schoentjes
          en de trein.



zondag 20 april 2025

Vestdijk, Sluijters, Hamsun

 

Een mooie boekenkast is ook wat waard. Nu ik weer een beetje in Vestdijk ben gekropen moeten die paar beduimelde paperbacks die ik bezit ook maar plaats maken voor iets beters. Voor twintig euro tik ik op Markplaats een box op de kop met vijf romans. Op elk ervan prijkt een portret van Jan Sluijters. Alleen dat maakt het al de moeite waard.

Ik zoek naar het verband tussen Vestdijk en Sluijters. Ik krijg niks gevonden.

Eerder schreef ik over Sluijters:

De vrouwen die Jan Sluijters portretteerde hebben vaak iets droevigs. Ik meen dat de kunnen zien. Daar zitten verhalen achter. Zouden ze ook aan Sluijters hun verhalen hebben verteld? Of zag hij het ook zo wel! Een schilder is een schilder!

Ik lees een stuk in “Het glinsterende pantser”:

Idyllen vervreemden mijn niet van mensen. Daar ik ‘het volk beschrijven’ moest, sloeg ik een blik op jonge dochters. Uit een winkel op een straathoek groetten mij twee jonge vrouwen. Zij bleven mij onbekend. Waren zij niet zo snel uit mijn gezichtskring verdwenen, één op de fiets, ik had hen kunnen aanspreken en meetronen naar een van mijn bosplekjes, waar gesprekken mogelijk waren, niet in de trant van dorpsschonen, - die waren zij ook niet, die op de fiets leek mij een wijkverpleegster, maatschappelijkheid had haar wellicht genoopt mij zo vriendelijk toe te knikken -, niet over koetjes en kalfjes, of hazen en konijnen, maar zó bijvoorbeeld: als zij zegt: het is warm, dan zeg ik: en droog, het klimaat verandert, en met haar enkele andere dingen. Zij: zou een klimaat kunnen veranderen in dit land? Ik: ja, en deze droogte droogt alle tranen. Zij: heeft u veel gehuild? Ik: het ging niet van harte, die tranen zijn het moeilijkst te drogen. Zij: ik heb iemand gekend… maar hoe heeft zij u ongelukkig kunnen maken? Ik: het was misschien een hij, of een hij en een zij tezamen, of meerdere hijen en zijen, en misschien was ik ongelukkig, omdat zij mij niet ongelukkig kon krijgen. Zij: dan heeft u altijd naast uzelf geleefd, dan kunt u moeilijk geholpen worden. Ik: zo is het, de schoonheid der mensen is voor mij zo ontzagwekkend, dat ik haar niet bezitten kan, maar aan anderen moet geven, soms opdringen… Zij: en dat gaat niet van harte… Ik: zoals mijn tranen, zo is het.

Ik geloof dat in zulke woorden de connectie gevonden kan worden. De grondtoon van alle verhalen. De toon ook van Hamsun. De toon dus van mezelf.


     

  
     



vrijdag 18 april 2025

Trappen




Na ons trouwen gingen we naar Parijs en logeerden in een hotel in Montmartre. Nog nooit waren we in Parijs geweest. Alles bleek anders. We begonnen gewoon te wandelen. We wisten niet de weg, maar kwamen vanzelf uit bij de trappen. De trappen van Montmartre bezegelen een goed huwelijk. Het kon niet meer mis. Niet voor ons.

We hebben altijd een zwak gehad voor Parijs. Mijn liefde voor de schilderkunst wortelt in het Parijs van rond 1900. Iedereen die daar toen geleefd heeft is nu dood, maar dat maakt niet uit. De mensen op de foto, die wisten hoe het was. Wij weten nog hoe het was nu bijna veertig jaar geleden. Tot er straks ook niemand meer is die dat nog weet. Maar ook dat maakt niet uit.

Dan niet meer…



 

donderdag 17 april 2025

Niet eerlijk

 
Jodie Kidd door Friedemann Hauss, Elle, augustus 1995

Soms dwaal ik wat af. De foto brengt me naar het artikel.

Jodie Kidd (1978) begon, nadat ze op het strand van Barbados was gespot en ontdekt door fotograaf Terry O’Neill, al op hele jonge leeftijd met modellenwerk en met het lopen van modeshows voor grootheden als Karl Lagerfeld. Jodie was ultra-dun, zoals lang de norm was in de modellenwereld. Jodie kreeg het echter heel moeilijk toen er kritiek kwam op die norm. Ze kreeg steeds meer het gevoel dat iedereen naar haar keek. Toen ze een keer boodschappen ging doen in een supermarkt kwam er een vrouw naar naartoe die zei: “Jij vermoord mijn dochter. Vrouwen als jouw vermoorden mijn dochter”. De angst werd steeds groter en Jodie kreeg zware paniekaanvallen. Dacht ook zelf dat ze doodging, want dat denken mensen die een zware paniekaanval hebben.

Het verhaal van Jodie raakt me. Ik probeer mensen van hun paniekgevoel af te helpen. Ik zie ook wel mensen die anorexia hebben gehad, of eigenlijk nog steeds hebben, want echt over gaat het nooit. Maar Jodie mag hier niet de schuld krijgen. Dat is niet eerlijk. Soms krijgen vaders de schuld. Maar ook dat is niet eerlijk. Het is nooit eerlijk om vaders de schuld te geven. Iemand de schuld geven is een uiting van agressie, hetgeen altijd iets oneerlijks impliceert. Jodie heeft nergens schuld aan. Ik mag haar foto hier dan ook best posten. Zonder schuldgevoel.

Maar ook met twijfel.

Is het dan nooit eerlijk om vaders de schuld te geven?

dinsdag 15 april 2025

Tot je weer hier bent

 


Klein verdriet,
Frans balkonnetje,
Kleine herinnering
Aan een japonnetje
Hoog in de hemel,
Zonder plafonnetje,

Tot je weer hier bent,

Zonder ballonnetje.

Tot je weer hier bent,

in je

basis

                                stationnetje.


zondag 13 april 2025

Altijd weer nieuw

 
Claude Monet, “Camille op het strand van Trouville”, 1870-71

Dat de geschiedenis zich herhaalt, is vooral daarom zo leerzaam, omdat ze zich nooit op dezelfde wijze herhaalt. Men kan dus evengoed beweren, dat zij altijd weer nieuw is.

Citaat van Simon Vestdijk. Ik kijk naar de wereld, naar Rusland, naar Israël, zie wat nu in de VS gebeurt, en telkens weer blijf ik me verbazen. De geschiedenis leert me niks.

Ik ben begonnen aan “De koperen tuin”. Op mijn leeslijst van de middelbare school stond “Terug naar Ina Dammen”. Daarna heb ik nooit meer iets van Vestdijk gelezen.

Bij Mulisch heb ik geleerd hoe een niet optimale leeservaring je lang op het verkeerd been kan zetten. Laat ik ook Vestdijk een kans geven. Mooi citaat. Hij heeft veel geschreven. Ik zou er nog lang mee vooruit kunnen.

donderdag 10 april 2025

Lente lopend van april

 
John Atkinson Grimshaw, “Spring”, 1875

Lente
lopend van april,
                  is een mooie mei
Aan de beeldend blauwe hemel
Schijnt de zon tot mij,
Valt een zachte regenbui
  Groen de verse wei,
         Langs de blaadjes 
               aan de bomen,
Loopt de lente mij voorbij,
Langs het tuintje
              waar ik woon,
Loopt de tijd mij ras voorbij.



woensdag 9 april 2025

Tekortkoming

 
Sophie Marceau

Ik hoor dat het nationale poepdag is. Dat we het daar over moeten - durven - hebben.

Ik weet het niet. Het voelt wat ongemakkelijk. Eigenlijk heb ik het nooit goed begrepen. Het idee dat ook mooie vrouwen gewoon moeten poepen heeft me altijd wat tegen gestaan. Ik vind dat toch een tekortkoming in de schepping.

Nee. Was ik Trump, ik zou het verbieden. Zo’n dag is aan mij niet besteed.

maandag 7 april 2025

Gemiste ervaring

 
Hans Baumgartner, “Studentenhuis, Casiusstrasse Zürich”, 936

Ik kijk nog maar even naar de foto.

Soms kun je iets missen wat je nooit hebt gekend.

Traumatische ervaringen kunnen overerfbaar zijn, schreef ik in mijn voorgaande blog Waarom zou ik de goede ervaringen van generaties voor mij niet kunnen missen. Niet kunnen voelen. Nu geloof ik niet dat een van mijn voorvaderen ooit in Zürich is geweest, maar misschien heeft iemand wel boeken gelezen. Boeken geschreven. Je weet het niet.

Je kunt veel kanten op met deze theorie. Ook goede kanten. Er is toch nog hoop, durf ik denken.

zaterdag 5 april 2025

Veel gebeurd

  
Vicomte Paul de Singly (1844-1912) Promenades champêtres, 1906

Traumatische ervaringen kunnen overerfbaar zijn. In de jaren zeventig werd een experiment uitgevoerd: een generatie ratjes werd getraumatiseerd door het toedienen elektroshocks, direct nadat een rozengeur in hun hokken werd verspreid. Tasjes vermenigvuldigen zich snel. Meerdere generaties later, waarbij aan nakomelingen noch elektroshocks werden toegediend, noch rozengeur werd verspreid, werd het experiment gedeeltelijk herhaald: deze werd een zoveelste generatie later enkel blootgesteld aan rozengeur en zie: de ratjes raakten in paniek.

Een collega vertelde dat ze bij het betreden van een donkere kerk altijd een onbestemd naar gevoel kreeg, alsof ze weg wilde. God weet wat ooit gebeurd is.

In zekere zin is de mensheid voorgoed verloren, vrees ik. Er is teveel gebeurd.

donderdag 3 april 2025

Wolken met me mee

 
Gustave Caillebotte, “Vissers aan de Yerres”, 1876 

Als de zon schijnt
    Zitten dingen beter mee,
Maar soms ook even niet,
 Soms heb je geen idee,
Waar het nu weer 
        aan kan liggen,
Wat brengt dit nu 
          zo weer teweeg,
Vind ik soms heel weinig reden
 Maar wat verder soms wel twee
   Loop ik onbewolkt naar huis toe,
Neem de wolken 
                             met me mee

dinsdag 1 april 2025

Omdat ik niet zonder kan

 


Nieuwe dagboeken van Voskuil. In de zon lees ik wat willekeurige passages.

Het kabinet Den Uyl is gevallen. Hij komt op televisie, kamerzitting. “Ik kan niet zeggen dat ik van het begin tot het eind geboeid ben, het merendeel van de tijd verveel ik me rot, maar daar doorheen blijft het aangename gevoel dat ik vanavond een alibi heb om niets te doen. Ik vind het zelfs een beetje jammer dat ik daar niet in die kamer zit, al zou ik dan uiteraard geen genoegen nemen met een achterbankje. Een bezeten leven, waarin je geen tijd krijgt te beseffen dat het allemaal onzin is”. Vooral die laatste zin.

Brief aan Barend Voorham, over een van zijn verhalen: “Ik ben kennelijk je lezer niet. Aan mijn reactie heb je niets. Je kunt hem beter - en terecht - woedend naast je neerleggen. Tenzij zou blijken dat je over een paar jaar ook je eigen lezer niet bent. Als je dat risico wilt vermijden, dan kun je het het beste een jaar of acht in een la leggen voor je het overleest. Wanneer je dan om jezelf kunt lachen en in een helder, nuchter Nederlands onder woorden weet te brengen wat je werkelijk bezielde, dan is de kans groot dat ik dat wel met plezier lees en dat je aan mijn critiek geen behoefte hebt”. Voskuil liet zijn dagboeken jaren in de la voordat hij begon te bewerken. Ik schrijf een jaar of acht aan dit blog. Het sorteren komt nog wel.

Nog eentje dan, omdat Voskuil niet zonder kon: “Schrijven, dat is het, een kleine wereld, geheel voor jezelf”. Omdat ik niet zonder kan. Geen wonder dat ik een van zijn lezers blijk te zijn, ook al heb ik er wat weinig tijd voor. Wachten nu op mijn pensioen.

zaterdag 29 maart 2025

Vederlichte herinneringen

 
Met Epi 

Er zijn nieuwe beelden van Cruijff opgedoken, in kleur. Unieke beelden van toch een unieke figuur, die mijn jonge jeugd mee kleurde. Vederlicht vliegt hij door mij geheugen. Als een nostalgisch gedicht langs mijn verleden. Cruijf is poëzie. Veel in het leven is poezië in potentie, als we het maar willen zien.

Toen Johan nog Cruijffie heette. Met namen als Nuninga, Muller.

De Europacup-finale tegen AC Milan, toen ik niet op mocht blijven.

De finale van het WK, waarin hij de beste was, van het toernooi, van de wereld. Behalve in de finale, waarin we hem na de bekende rush in de eerste minuut niet meer gezien hebben. Wat een kleine relatiecrisis niet vermag.

Schoonheid is een breed begrip. Cruijff is kunst, als Maradona, zoals Messi. Alles wat licht is heeft schoonheid.


Met Aad


Met Willem


donderdag 27 maart 2025

Binnen


Georg Schrimpf, “Meisje bij het venster (ochtend)”, 1925 

Blijf maar binnen
 Binnen is het beter
                       veilig
Het is lekker warm
                         binnen
Dus waarom zou je buiten gaan
Je hebt
                                            je eigen gedachten
                                            om je te vergezellen
Laat de rest
         maar lekker
                   buiten staan
Buiten
    heerst de angst
en is er niemand
 om te helpen
Binnen help de deur
                  die je net
                                           op slot
                                                   hebt gedaan
Binnen zijn de muren
        de strepen op behang
Buiten is het donker
Buiten schijnt de maan
Buiten zijn de sterren
Hoe ver
                                         ook hier vandaan
Zover
kun je niet reiken
Zover kun je nooit gaan
Binnen is het beter
veilig
                                lekker warm
Waarom zou iemand
 überhaupt 
   en onnodig
                                nog buiten willen gaan.


dinsdag 25 maart 2025

Vrouwen heersen

 
Ivan Olinski, “Gedichten lezen “, ca. 1939

Ik herhaal een citaat van Bob Dylan:

“I think women rule the world and that no man has ever done anything that a woman either hasn’t allowed him to do or encouraged him to do”.

Ik realiseer me hoe diep de traditionele waarheid is die erachter schuil gaat. En het gaat ook geheid fout zodra iemand zich buiten deze waarheid plaatst. Zie de grote wereldleiders. Het zijn altijd mannen bij wie het fout gaat.

zondag 23 maart 2025

Le Bal d’Opéra

 
Henri Gervex, “Le Bal de L’Opéra”, 1886

Aan het einde van de negentiende eeuw vonden in Parijs zo’n zes weken voor Aswoensdag carnavalsbals plaats, niet voor het gepeupel, zoals tegenwoordig nog steeds in Brabant en Limburg, maar voor de beaumonde. Gervex beeldt zo’n  carnavals-scène af in de Salle d’Opéra, later Opera Garnier, op en voor een balkonloge. Centraal staat echter een gemaskerde vrouw in wit, geflankeerd door twee mannen in klassieke kostuums met hoge hoeden. Bankiers misschien, of fabrikanten met veel geld, het flirten is van alle tijden. Een prachtig schilderij, van uitzonderlijke compositie. Ik houd ervan als je zelf mag invullen, ik waan me in vroeger tijden. De aandacht blijft niet steken bij de witte dame, al zou ze willen, maar wordt getrokken van links naar rechts, naar de andere aanwezigen, als ware je er zelve bij, terug in de tijd. Je zou er een roman bij kunnen schrijven, een verhaal.

Dit maakt een mooi schilderij. Het merkwaardige is dat het tegenwoordig weer kan, waar het werk van een schilder als Gervex gedurende vrijwel de gehele twintigste eeuw als academische rotzooi werd afgedaan. Geen museum dat zijn werk aankocht. Zelfs zijn beroemdste werk “Rolla” kwam van 1933 tot 2010 het depot van Musée des Beaux-Arts in Bordeaux niet uit, tot het in dat jaar werd aangekocht door het Musée d’Orsay. In 2018 werd ook “Le Bal de L’Opéra” door het museum aangekocht, waar het nu samen met “Rolla” prijkt in haar afdeling negentiende eeuwse schilderijen. Meer dan een eeuw lang was het in bezit geweest van de familie van chocoladefabrikant Henri Menier, die het begin twintigste eeuw had aangekocht, verborgen voor het modernisme, tot het weer op de markt mocht. Het werd gepresenteerd als een herontdekking. 

Ik zie het als een kleine overwinning.



vrijdag 21 maart 2025

Doodsangst


Thomas Benjamin Kennington, “Koper poetsen”, 1912

Moeder is jarig. De lente is begonnen.

Mijn vader is al vijfentwintig jaar dood, maar mijn moeder is er nog. Gewoon door blijven leven, een soort na-leven eigenlijk. Ze heeft nooit meer moeite gedaan er een nieuwe draai aan te geven. Ik ben niet bang voor de dood, zegt ze nu. Op een gegeven moment is het goed geweest. En een keer is het toch zover. 

Zo praat ze.

Maar ik kan zo niet denken, merk ik. Het gaat niet om het sterven, niet om de dood, maar om het afscheidnemen. Afscheidnemen van de persoon die je altijd nabij is geweest, is in bepaalde zin onverdraaglijk. Ik merk dat ook bij mijn cliënten. Afscheidnemen van cliënten die me een tijdlang nabij zijn geweest. Cliënten met ziekteangst, doodsangst, die uiteindelijk niet bang blijken om te sterven, maar voor het beeld dat ze hun kinderen achterlaten bij de kist waarin ze liggen opgebaard.

Mijn moeder lijkt die angst niet zo te hebben. Maar ik weet nog steeds niet of ik straks zal kunnen zeggen: het is goed zo!


woensdag 19 maart 2025

Rij voorzichtig


Walter Westley Russel, “Schoen strikken”, ca. 1910

Ik hoor me zeggen
Rij voorzichtig,
Een snelle kus
Daar rij je heen,

De kans is klein
                       dat iets gebeurd,
Maar elke afgrond
            is er één,

Denk ik snel
                          een om-correctie,

Rij voorzichtig,
                    Rij maar heen.


dinsdag 18 maart 2025

Verre herinnering

 
Dit zou’em moeten zijn

In 1965 was ik nog een kleuter. We gingen naar het circus. In het dorp, achter het politiebureau kam circus Boltini. Mijn moeder en haar zussen praatten giechelend over Rob de Nijs en Johnny Lion, want die zoud n optreden in het circus. Mijn moeder nog niet eens dertig. Zestig jaar geleden.

Later zou mijn moeder zich vooral herinneren hoe duur het was, maar ze kon niet achterblijven, blijkbaar. Piet en Bets waren er ook, met de kinderen. Een de broer van mijn vader, en mijn neefjes.

Ik herinner me alleen nog de clowns, die in een oude brandweerauto de piste opreden. De open wagen lag vol met koffers, een clown gooide ze aan de ene kant eruit en via andere clowns kwamen de koffers en via de andere kant weet in. Dat is wat ik nog herinner.

‘Rob de Nijs is dood’, zei ik tegen mijn moeder. ‘Help me eens’, zei ze, ‘wie was dat ook alweer’. ‘Oh’ vervolgt ze, ‘een voetballer toch?’ ‘Nee mam, een zanger.’