Isaac Babel en zijn vrouw Zenja aan het Strand van St. Idisbald, bij De Panne. Babel moeder was toentertijd uitgeweken naar Brussel, Zenja naar Parijs. |
Zes mannen van Machno hadden ‘s nachts een dienstmeid verkracht. Toen ik het de volgende ochtend hoorde besloot ik te gaan kijken hoe een vrouw er na een zesvoudige verkrachting uitzag. Ik trof haar in de keuken. <…> En ik had de indruk dat van haar maagdelijkheid van gisteren alleen haar wangen over waren, die meer gloeiden dan anders, en haar neergeslagen ogen.
Ik herlees een paar verhalen van Babel. Omdat ik het boek kocht, opnieuw, terwijl ik wist dat ik het in de kast had staan. Zo heeft die euro toch nog zin.
Babel kijkt naar mensen zoals een psycholoog naar zijn cliënten. Zonder oordeel, maar met verholen mededogen. Je moet naast de mensen durven staan, wil je ze begrijpen. Dat geldt zeker voor mensen in de oorlog. Iedereen verbaast zich als ze horen waartoe mensen in oorlogstijd in staat zijn. Babel niet. Die observeert alleen maar. Zonder oordeel of moraal. Zoals een psycholoog kan spiegelen enkel door te luisteren.