Labels

zondag 19 mei 2024

Nescio en Voskuil

 


Kort na verschijnen in 2009 kocht ik Voskuils “Onder de huid”. Ik was er nog niet toe gekomen om aan “Het bureau” te beginnen, maar nu leek het tijd. Uiteindelijk las ik de hele cyclus, “Bij nader inzien”, “Onder de huid” en alle zeven delen van “Het bureau” over een periode die, met enkele onderbrekingen, een vol jaar besloeg, van zomervakantie tot zomervakantie. Het was een unieke leeservaring, waar ik meer mensenkennis mee op heb gedaan als ik toen op mijn werk deed. Een hele tijd immers werkte ook ik, net als Voskuil, gewoon op kantoor.

Ik heb wel eens verwantschap gevoeld tussen Voskuil en Nescio. In leven zowel aan werk. Nu ben ik Voskuils dagboeken aan het kopen en met stukken aan het lezen. Voskuil schrijft ” dat hij niet van Nescio houdt. “Iemand die zich Koekenbakker noemt deugt niet”, zo staat er.

En toch moet er herkenning zijn geweest.

Zou Voskuil misschien bang zijn geweest voor de Koekenbakker in zichzelf? Want zo kan het ook werken. Een bureau vol koekenbakkers. Daar wil je maar liever niet mee geconfronteerd worden! 

“Deugt een man die zichzelf Koning noemt”, lees ik in de “Groene Amsterdammer “.

Geert van Oorschot zei tegen hem: “Dat jij niet van Nescio houdt komt door je vader <…> Ik weet meer van de verhouding tussen jou en je vader dan jijzelf”. Voskuils vader was groot liefhebber van Nescio. Weinig mensen willen zijn  zoals hun vader.

Dat merk ik ook zelf, af en toe, ooit zoon, nu zelf vader zijnde. 

Wat Voskuil nooit geweest is.