Jacob van Campen (1596-1657), “Constantijn Huygens (1596-1686) en zijn vrouw Suzanna van Baerle”, ca. 1636, 95 x 78,5 cm (1599-1637), Mauritshuis |
Alleen de mening van Schnabel, die doet wel terzake. Je hoeft geen kunsthistoricus meer te zijn om gezag te hebben. Schnabel maakt zijn eigen canon. Schnabel zet Jacob van Campen’s portret van Constantijn Huygens en Suzanna van Baerle op de cover van zijn boek. Mooier dan veel portretten van Rembrandt, Marten en Oopje, waar zoveel overheidsgeld voor werd betaald. Een intiem portret van twee geliefden met een verhaal. Een verhaal waar ik deel van uitmaak. Suzanna die me aankijkt, alsof we samen een geheimpje hebben. Of zou Constantijn het ook weten, hij kijkt een beetje bedrukt. Christiaan die er uiteindelijk vandoor gaat met de door zijn broer Maurits begeerde vrouw. Toen Maurits Suzanna het hof maakte en dat dreigde te mislukken schreef zus Geertruyd aan Constantijn, die op dat moment in Londen was: het zou zonde zijn als een ander er met haar vandoor ging. Zulke dingen werken altijd door en dat zie je in het portret.
Een van de mooiste portretten uit de Nederlandse schilderkunst. En nog steeds weet ik niet of ik het in mijn kamer zou willen hangen. Mijn vrouw waarschijnlijk niet. En zelfs dat snap ik. Want zo werkt het ook.