![]() |
Alexander Artway Archive, “Parisien café “, jaren dertig |
“Lezen”, zegt Marina Tsvetajeva, “is medeplichtigheid aan het creatieve proces”. Goede literatuur vereist goede lezers. Je verwerkt het gelezene tot een volstrekt individuele representatie die alleen kan bestaan in de eigen verbeelding. Voor poëzie geldt dat wellicht nog meer dan voor proza, omdat rijm, ritme, metrum, als een stuwende rivier met de opgeroepen beelden aan de haal gaan. Je hoeft een gedicht vaak niet eens geheel te begrijpen, in de zin van het bedoelde, om er in je hoofd iets groots van te maken. Wat voor de een zo een meesterwerk wordt zal dat vaak niet zijn voor de ander. De schrijver, in dit geval de dichter, heeft daar na voltooiing geen invloed op. De enige referentie is hijzelf. Als hij zelf denkt dat het goed is, is dan heeft het zijn doel bereikt. Schrijven doe je daarmee in uiterste consequentie alleen voor jezelf. Wat anderen ervan maken heb je niet in de hand.